Tekstschrijver Utrecht I Tekstschrijver voor zorg en welzijn I Tekstbureau zorg verwoord I Steven van der JagtAls tekstschrijver voor zorg en welzijn doe je het misschien weleens: e-learnings schrijven voor zorgprofessionals. E-learning is een snelle en effectieve manier om kennis en vaardigheden bij te spijkeren. De cursist kan de cursus volgen op momenten dat het uitkomt en in zijn/haar eigen tempo. E-learnings schrijven is een kunst apart. Deze 7 tips kunnen je op weg helpen.

1. Zorg dat je de doelgroep helder hebt

Wie is diegene die jouw e-learning gaat doen? Wat voor opleiding heeft je cursist gedaan? Op welk niveau? Welke kennis kun je al bekend veronderstellen? Ken je de doelgroep, dan kun je daarop inhoud en taalgebruik afstemmen. Bij artsen en HBO-verpleegkundigen kun je bijvoorbeeld meer jargon gebruiken dan bij verzorgenden IG.

2. Formuleer duidelijke doelstellingen

Wat moet de cursist na de e-learning weten en kunnen? Formuleer 3-5 doelstellingen. Houd ze realistisch. Verdiep je ook hiervoor in je doelgroep. Van verzorgenden in een verpleeghuis kun je niet verwachten dat zij de definitieve diagnose dementie kunnen stellen, hoewel zij wel signalen kunnen leren herkennen. Let erop dat je doelstellingen echt iets toevoegen. Dialyseverpleegkundigen hoeven niet te leren hoe de nieren werken, dit weten zij waarschijnlijk al.

3. Maak eerst een schrijfplan 

Een schrijfplan is het ‘skelet’ van de tekst. In een schematisch overzicht zet je neer wat op welk scherm komt te staan. Dit geeft je overzicht. Zo kun je zien of alle belangrijke onderwerpen aan bod komen, of dit in logische volgorde gebeurt en ook: of je de cursist voldoende bagage geeft om de doelstellingen te behalen. Houd tijdens het schrijven altijd het schrijfplan bij de hand.

4. Verzamel voldoende informatie uit betrouwbare bronnen en filter daaruit wat je écht nodig hebt

Zoek zoveel mogelijk informatie over het onderwerp. Gebruik daarvoor betrouwbare bronnen, zoals Vilans of Thuisarts. Ook eerder verschenen lesboeken over het onderwerp kun je gebruiken. Mijd Wikipedia, daar kan onjuiste informatie staan. Daarna kan het selecteren beginnen. Onderwerpen zijn vaak breed, maar een e-learning moet vooral bondig zijn. Selecteer dus uit je bronnen uitsluitend de informatie die er echt toe doet voor de cursist. Waarmee zal die in de praktijk vooral te maken krijgen?

5. Schrijf kort, bondig en consequent

Houd je zinnen kort. Vermijd bijzinnen, maak er aparte zinnen van. En houd alinea’s kort. Onze ogen raken nu eenmaal snel vermoeid van lezen van een scherm. Bij te veel informatie nemen we het niet meer op. Verlies je niet in voorbeelden, 1 is genoeg. Je leest het goed: 1 en niet ‘één’.  Schrijf getallen als getallen, dat leest fijner. Wees consequent. Niet in de ene zin ‘je kan’ en in de volgende ‘je kunt’. Maak een keuze en voer die consequent door.

6. Gebruik spreektaal, maar blijf correct 

Geen ingewikkeld jargon, gewoon alledaagse taal. Een verzorgende spreekt niet over ‘pyelonefritis’, die zegt: ‘nierbekkenontsteking’. Blijf wel correct. ‘Hij wilt’ en ‘hun hebben’ mogen dan spreektaal zijn, het is fout Nederlands.

7. Zorg voor afwisseling

Lezen van een scherm belast de ogen meer dan lezen van papier. Je raakt daardoor sneller vermoeid, de concentratie gaat omlaag en je neemt minder informatie op. Zorg daarom dat je e-learning uit meer bestaat dan tekst alleen. Voeg bijvoorbeeld video’s toe. De cursist doet dan kennis op zonder zijn ogen te veel in te spannen. Wissel tekst af met vragen over de tekst.

Tekstbureau Zorg Verwoord schrijft heldere e-learnings voor zorg en welzijn. Inhoudelijk volledig en in taalgebruik uitnodigend en toegespitst op de doelgroep. Voor goede tekst en scherpe toetsing kun je mij benaderen.

Neem contact met mij op!